Korfbaloefening: viertallen, een vaste aangever opzij
Geschikt voor de volgende technieken: passing
Viertallen, een vaste aangever opzij
In het kort: vangen en werpen met viertallen, waarbij het in de loop verwerken van ballen die van opzij aangespeeld worden, centraal staat.
Organisatie: zie figuur. De nummers 1 hebben een bal. Na 1 Ã 2 minuten van functie wisselen.
Voor beginnende aangevers: de bal moet vóór de lopers geplaatst worden.
a ) Nummer 1 speelt naar nummer 4 en loopt in een rechte lijn naar nummer 3. Let erop dat beginners de neiging hebben toch stiekem in de richting van nummer 4 te lopen. Nummer 4 plaatst de bal terug als nummer 1 op dezelfde hoogte is gekomen als hij zelf staat, zodat nummer 1 de bal van opzij aangespeeld krijgt. Nummer 1 vangt de bal en plaatst door naar nummer 3 die het overneemt (bal naar nummer 4, lopen in de richting van nummer 2, bal terug ontvangen, bal afspelen naar nummer 2 enz).
b ) De aangevers rollen de bal aan, de lopers moeten zo snel mogelijk de bal oppakken (opscheppen als het ware) en doorspelen.
c ) De aangevers geven de bal hoog aan: de bal moet in de sprong worden gevangen, en na het neerkomen zo snel mogelijk worden afgespeeld.
d ) Als c., maar wie kan de bal in de sprong vangen èn afspelen?